Spring naar inhoud

Posts tagged ‘stress’

14
aug

Angst > spanning > onhandig gedrag > conflict > uitval of onnodig ontslag

Wij zijn er meesters in om angst niet te (willen) onderkennen. Immers van jongs af aan leren we al spelend dat bang zijn ons niet de verbinding brengt of zelfs ‘status’ oplevert die we graag bij onze speelkameraadjes verkrijgen. Als volwaardig opgenomen worden: ja, dat willen we allemaal graag. ‘Bang zijn’ of ‘het imago van bang te zijn’ levert jou niet bepaald die positie op.

Kortom verdringen we voor de buitenwereld veelal onze angsten, uiteindelijk ook voor onszelf. En toch: juist onze angsten onderkennen en er mee dealen levert ons als we volwassen zijn veel meer op. Sterker: het voorkomt dat we allerlei klachten krijgen, die we kunnen vermijden als we onze angst in de ogen kunnen kijken en er anders mee om leren gaan.

Angst is net als blijdschap, boosheid en bedroefdheid een primaire kernemotie. Deze zijn universeel bij alle volkeren herkenbaar, gegraveerd in onze gelaatsspieren en sterk lichamelijk bepaald. Angst is in ons leven de krachtigste emotie. Mildere vormen van angst zijn: je niet op je gemak voelen, onrustig zijn en bezorgd zijn. Evolutionair is angst een waarschuwing voor gevaar. Angst slaat vaak op iets dat mogelijk is, maar zich nog niet concreet voordoet (er nog niet is). De angst om een spin aan te treffen in je slaapkamer bijvoorbeeld. Angst is dan zonder object, anders verwoord zonder concreet waarneembare, directe aanwijzing. Dit in tegenstelling tot angst door een concrete aanleiding: je vreest de agressie van die grommende hond voor je met blikkerende tanden, onbesuisd gedrag door die onbehouwen zwaaiende, dronken kerel die jou tegemoet komt of je vreest een situatie als jouw komende beoordelingsgesprek waarvan je ‘aanvoelt’ dat er vervelende dingen gezegd gaan worden. Of dat nu waar is of niet. Veel mensen die ik heb begeleid veronderstellen iets negatiefs zonder dat dat nodig blijkt.

Angst leidt tot vechten, vluchten of bevriezen (= je dood houden bij de confrontatie met een Grizzlybeer is bijvoorbeeld de meest succesvolle overlevingsstrategie). Vechten (waarbij boosheid helpt) kan ook voortkomen uit angst, preciezer: afweer van angst. En vechten is niet per definitie de meest vruchtbare strategie tijdens een beoordelingsgesprek. Net zomin als stilvallen, niet reageren en de gram meenemen naar al die momenten dat je aan het gesprek terug gaat denken.

Veel mensen schieten automatisch in het ene of juist het andere uiterste en hebben geen alternatieven ter beschikking. Dat maakt per definitie onvermogend. Sterker: ze maken geen tijd om te reflecteren en bewust een strategie te kiezen, passend bij de context, aanleiding en belang.

De lichamelijke verschijnselen van angst zijn: verhoogde ademhaling, hartkloppingen, een wurgend gevoel in keel en borstkas, beven van ledematen, duizeligheid, rommelend darmen, tintelende vingers, zweten, de drang tot urineren.

Mentale verschijnselen van angst zijn: black-outs, niet meer helder kunnen denken, tollende gedachten, verlies van herinnering over een ervaren gebeurtenis.

Herken je deze symptomen? Luister er naar. Zit je met vragen over hoe te reageren? Hoe voor te bereiden? Heb je vaak moeite met het ontvangen van feedback of kritiek?

Deel met anderen en bespreek welke mogelijkheden zij zien of zouden benutten. Het kan je ogen openen voor nieuwe mogelijke handelwijzen die productiever zijn en jou meer opleveren dan jouw gebruikelijke automatische piloot.

6
aug

Ziektewinst. Of juist: nieuwe opties kiezen.

Ziektewinst. Pas als je door hebt dat je ‘het doet’, kun je veranderen.

Ziektewinst is een term die gebruikt wordt in het wereldje van psychotherapeuten en artsen. Grofweg duidt het op het belang dat mensen hebben bij voort (laten) duren van de klachten die ze hebben.

Dat klinkt redelijk tegenstrijdig niet? Winst boeken door je klachten niet op te lossen maar deze juist te verlengen. En toch doen veel mensen het. Niet intentioneel, dat wil zeggen weloverwogen en welbewust gekozen, maar onbewust. Zonder er zelf erg in te hebben dat ze het doen. Het kan zelfs een levensstijl worden, alsof je ‘nu eenmaal zo bent’.

Er zijn drie vormen ziektewinst.

Primaire ziektewinst. Kern: de klacht is ‘beter’ dan het alternatief. Voorbeeld: je kunt je beter depressief (blijven) voelen dan in opstand komen tegen hoe een ander jou behandelt en kwaad worden (wat je niet durft). Dat kan je vriend of vriendin zijn, maar evenzogoed jouw leidinggevende of collega.

Secundaire ziektewinst. Kern: juist doordat je de klacht hebt, ontvang je iets dat je anders niet zou krijgen. Aandacht, liefdevolle bejegening, hulp, financiële gift, erkenning van dat je er ook bent (anders deed je er niet toe, bleef je eenzaam of onzichtbaar). Voorbeeld: door je hulpeloos te voelen en je daarnaar te gedragen voelen anderen zich gestimuleerd om jou te helpen.

Tertiaire ziektewinst. Kern: het feit dat jij klachten hebt leidt tot positieve gevolgen voor een ander. Voorbeeld: door jouw klachten ben je ziek thuis. Daardoor heeft jouw zich eenzaam voelende, net met pensioen gegane partner iemand om zich heen en gezelligheid.

Echt! Pas als je je realiseert dat je in zo’n patroon zit, kun je jezelf eruit losmaken. Voor degene die dat jou inzichtelijk wil maken is dat een hele opgaaf. Hij of zij wordt al gauw ervaren als niet loyaal, als criticaster, als iemand die je ook nog eens de grond in schopt terwijl je het al zo zwaar hebt. Ga maar door.

Daarom: ga vooral bij jezelf eens na of klachten die je hebt voor jouzelf of voor anderen iets opleveren. Nou? Levert het iets op? Weegt dat op tegen het voort laten duren van jouw klachten? Wat kun je zelf doen (doorbreken) om verbetering/verandering mogelijk te maken?

In de voorbeelden boven: Kan ik iets doen om beter mijn grenzen aan te leren geven en af en toe zelfs kwaad te durven zijn. Hoe doe ik dat, hoe en waar leer ik dat?

Of: ontloop ik werkelijk het keukentafelgesprek waardoor ik geen formele hulp krijg, maar wel spontane hulp van steeds weer anderen? (zonder alle bureaucratische regels en pottenkijkers in huis). Hoe stel ik mezelf in staat om formele hulp te verkrijgen en tegelijkertijd toch ook een vrienden – en kennissenkring actief te verkrijgen en onderhouden?

Of: ik ga na hoe ik mijn partner kan (laten) ondersteunen met omgaan met rouw om verlies aan (contacten tijdens zijn/haar) werk en met het opnieuw opbouwen van een zinvol bestaan na pensionering.

Denk niet te snel dat jij natuurlijk van ziektewinst gevrijwaard bent. Wie kent niet van ooit dat moment van een aanstaand proefwerk waar je of niet voor geleerd hebt of waar je tegen opziet omdat je denkt dat het te moeilijk is? Mama, papa: ik voel me niet lekker …………….

 

 

16
feb

Checkup stress en overspanning: elke vrijdagmiddag

‘Ik ga uit bed. Eet een boterham. Ik doe een half uur iets en dan ben ik op. Accu leeg.’

‘Ik ga alles steeds meer vanuit de zijkant bekijken. Ik doe wat ik verwacht wordt te doen, maar het enthousiasme is weg. Mijn altijd lekker bezig zijn is compleet weggevallen.’

‘Ik slaap beroerd. Al weken en weken nu ik er echt bij stil sta. Iedere maandag om half 5 lig ik wakker en heb geen zin in de dag. Geen zin om naar mijn werk te gaan. Onderweg denk ik soms wel drie keer “ik draai om”. Afgelopen maand begon de onrust al op zondag.’

ZEG STOP!

‘Eigenlijk zit ik niet meer op mijn plek op mijn werk. Je weet het natuurlijk wel maar wilt het niet toelaten. Je wilt laten zien dat je niet opgeeft. “Ik laat me niet kisten!” En nu dan dit. Ik kan alleen maar inwendig janken. Geen traan, maar een alles overheersend, beklemmend triest en machteloos gevoel.’

‘Ik heb last van mijn nek en mijn schouders. Af en toe lijkt het of mijn linkerarm het opgeeft. Alsof ik urenlang aan een lange hoge heg heb lopen knippen boven mijn macht, met een heggenschaar die veel te zwaar is.’

‘Elke dag als ik thuis kom heb ik een zwaar hoofd. Afgelopen weken begon dat al rond drieën. Onrustige darmen heb ik al veel langer.’

ZEG STOP!

Bovenstaande uitspraken zijn gedaan tijdens de eerste ontmoeting met overspannen of burn-out geraakte mensen. Meestal zijn mensen al in de ziektewet als ze bij mij komen. Heel soms nog net niet. Dan werden ze doorverwezen door een attente leidinggevende of een alerte personeelsfunctionaris. Drie tot zes gesprekken vaak en de burn-out is vermeden. Je zit weer anders in je vel.

Een burn-out vóór zijn scheelt enorm in de hoeveelheid tijd en inspanning die het jou kost om te herstellen. Om weer lekker in je vel te zitten.

CHECKUP-GESPREK?

Roepen aspecten van bovenstaande uitspraken enige herkenning op?

Elke vrijdagmiddag tussen 13.00 en 17.00 uur kun je langs komen voor een kosteloos en plezierig gesprek. Een gezamenlijke check-up. Geen diagnoses, geen vragenlijsten. Gewoon een open en goed gesprek over hoe jij in je werk en in je leven staat. Wat je in de weg zit.

Samen kijken we naar wat je wilt bereiken en wat je als eerste kan doen. In een omgeving waarin je even tot rust komt. Waar jij jezelf kunt uiten, over waar je het met anderen amper over hebt.

Meld je alleen tevoren even aan voor dat goede gesprek. Andere voorbereiding is (juist) niet nodig. Tel. 06-29260869

16
nov

Weinig steun van leidinggevende bij werkdruk: ruim tweemaal zoveel kans op burn-out!

Werknemers met een hoge werkdruk vormen zoals bekend een risicogroep voor burn-out en ander verzuim. Dat risico neemt met sprongen toe als de steun van leidinggevenden en collega’s afneemt. Dat blijkt uit de meest recente Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden van TNO en het CBS.

Van de werknemers met een hoge werkdruk èn weinig (NB: ervaren!) steun van hun leidinggevende blijkt maar liefst 45% burn-out klachten te hebben. Dit tegenover 18% van de werknemers die deze steun wel ervaart. Er is met andere woorden veel winst te behalen wanneer leidinggevenden zich aanleren op een steunende wijze ‘om te gaan’ met werknemers die hoge werkdruk ervaren.

Waaruit kan die steun bestaan?

Allereerst geldt dat géén uniforme omgangswijze wenselijk is met werknemers die hoge werkdruk ervaren. Geen enkele werknemer is ‘gemiddeld’ en kan dus ook niet met een standaard, gemiddelde methode bejegend worden. Dit uitgangspunt is gemeengoed bij coaches en counsellors (‘iedere cliënt is uniek’), terwijl dit voor veel leidinggevenden veelal toch een nieuw gezichtspunt blijkt: ‘Een gelijke aanpak voor een probleem (dat alleen maar lastig is) kost weinig tijd en energie, zodat je je weer snel op je hoofdtaken kunt richten‘. Dat lijkt een simpele, impliciete gedachte daaronder. Op zich al tekenend natuurlijk, dat daarbij weinig belang wordt gehecht aan het belang van extra aandacht voor werknemers met hoge ervaren werkdruk.

Goed, geen uniforme aanpak dus. Maar wat dan wel?! Een paar belangrijke tips.

  1. Maak je als leidinggevende even los van je eigen arbeidsmoraal, je eigen inzet en je eigen energieniveau. Parkeer even de verhalen die jou ter ore komen van collega’s van betrokkene die klagen. Dat voorkomt moraliseren, hetgeen alleen maar weerstand oproept bij de gestresseerde en daarenboven leidt tot afnemend vertrouwen in de ‘steun’ die jij hem of haar kan geven. ‘Hij/zij begrijpt mij en mijn situatie (toch) niet”.
  2.  Ook al heb je er zelf weinig last van, maak je een voorstelling van hoe het is om erg veel stress te ervaren en verplaats je in de positie van betrokkene. Wéés even die ander.
  3. Luister, luister, luister. Alvorens ook maar iets van een oplossing te berde te brengen. Luister los van eigen oordeel.
  4. Hoor de ander niet alleen aan, maar stel jezelf als belangrijkste opdracht dat je hem of haar begrijpt vanuit de beleving en het perspectief van de ander zelf.
  5. Als je goed geluisterd hebt dienen zich vanzelf delen van oplossingen aan. De behoeften, energievreters, onzekerheden (als je in ieder contact altijd open en betrokken bent en blijft) en oplossingsrichtingen die voor de werknemer vanuit zijn of haar perspectief kunnen werken. Dat zijn de ingrediënten waar jij als leidinggevende iets mee kunt samenstellen.
  6. Rest jou om nu je eigen creativiteit te gaan benutten, waarbij je voorbij je eigen standaardreactie naar nieuwe unieke mogelijkheden kijkt om de ervaren werkdruk voor deze persoon te verminderen. Dat kan zijn tijdelijk extra ondersteuning van betrokkene in de vorm van intervisie, supervisie of een coach. Dat kan zijn tijdelijke plaatsing op minder stresserende taken aangevuld met bijvoorbeeld scholing omdat enkele vaardigheden nog ontbreken. Het kan bijna alles zijn, want iedere werknemer is immers uniek! Alles wat de ander beter in positie brengt om het werk weer met allengs meer plezier te doen. Met aan het eind van de dag voldoende energie om ook thuisgekomen niet als een omgevallen boomstam op de bank langdurig te moeten bijkomen.
  7. Pas als hierin is geïnvesteerd, uitgeprobeerd en goed gemonitord komen andersoortige oplossingen in beeld als overplaatsing, demotie, outplacement en zo verder.

De rol van leidinggevenden is bij oplossen van – en liever nog voorkomen van burn-out en uitval is cruciaal. Burn-out voorkomen bij medewerkers is niet een vaak geformuleerde kerntaak in de strategische – of operationele doelen tenzij het verzuimcijfer de spuigaten uitloopt. Een pro-actieve aanpak door leidinggevenden scheelt veel nodeloze stress bij collega’s die (weer) moeten bijspringen. Het scheelt enorm in de kosten bij daadwerkelijke uitval. Kortom een pro-actieve aanpak loont.

Ook een hoge werkdruk in combinatie met een gebrek aan zelfstandigheid of ontwikkelmogelijkheden in het werk verhoogt de kans op een burn-out. Zoek dus als leidinggevende naar mogelijkheden voor eigen regelruimte van werknemers. Bijna 2,7 miljoen werknemers in Nederland hebben te maken met een hoge werkdruk. Ongeveer een miljoen werknemers loopt het risico op een burn-out.

Mijn stelling: Onderschatting van dit fenomeen getuigt van onvolwassen leiderschap.

3
nov

Opnieuw: definieer jouw lichamelijke wekker

Eerder vertelde ik over het belang van een lichamelijke wekker om in te kunnen grijpen bij het ervaren van een overmaat aan stress. Als je weet waarop je moet letten kun je signalen herkennen en doen wat nodig is. Nu is doen wat nodig is voor ieder anders. Daarover een volgende keer. Goed. Weten waar je op moet letten dus als stress voor jou ontstaat. Dat is het doel.

Hoe ontdek je nu jouw persoonlijke lichamelijke wekker? Vaak doe ik het zo dat ik tijdens een gesprek samen met de cliënt even opzoek wat er zo spontaan bovenkomt. Veelal vinden mensen dan zo’n vier of vijf signalen. De volgorde waarin die optreden is ook belangrijk om zo vroeg mogelijk een signaal te kunnen herkennen. De een is dan heel stellig en weet gelijk de volgorde die altijd hetzelfde is, de ander twijfelt en komt bijvoorbeeld tot de conclusie dat het soms wat wisselt qua volgorde.

Zo kwamen bij zo’n eerste verkenning ooit boven: een chaotisch ‘gevoel’ in mijn hoofd, wazig zien, wiebelbenen, hart in keel en mijn darmen spelen op. Als vraag kreeg betrokken cliënt mee naar huis om nog eens de besproken meest stresserende gebeurtenis bij langs te lopen en dan opnieuw te beoordelen of er nog meer signalen waren geweest en zo ja in welke volgorde.

Daarop kwam er een lijstje uit als volgt:

  1. Een gedachte of een chaos aan gedachten
  2. Druk op mijn hoofd (alsof er een strak elastiek omheen zit)
  3. Wazig zien / duizelig worden
  4. Wankelen / wiebelbenen
  5. Versnelde, hoge ademhaling
  6. Ramp-scenarios maken (bang om flauw te vallen / toilet niet te halen)
  7. Hartkloppingen
  8. Hart in keel
  9. Oorsuizen / afwezigheid (in een gesprek: niet horen wat er gezegd wordt) (op straat: alsof ik in een bubbel zit)
  10. Nog meer rampscenario’s maken (oh, oh, het gebeurt zo echt: ik val zo echt om, gênante actie, wie raapt me op)
  11. Koude rillingen + zweten
  12. Darmen spelen op
  13. Toilet

Dat zijn nog eens acht extra signalen bovenop de eerder gevonden vijf. Totaal 13 signalen die je kunt benutten om iets anders te doen dan je tot dusver deed. Wat je deed was namelijk ‘je laten meenemen’ in de stroom van gevoelens en gedachten van dat stressvolle moment, zònder ingrijpen en herpakken van regie. Regie om jezelf weer naar rust en/of balans te brengen.

Doe het eens! Als je echt last hebt van stress op meerdere momenten: definieer jouw eigen persoonlijke wekker. Hij gaat altijd af, soms in vaste volgorde, soms wat wisselend. Maar herkenning is nu mogelijk. Hoe vroeger in de volgorde je een signaal herkent en vervolgens serieus neemt, hoe eerder kun je de regie kunt hernemen.

Hoe precies hernemen? Daarover dus een volgende keer.

23
mei

Over eigen grenzen stellen

Veel mensen die ik begeleid hebben moeite met het stellen van grenzen. Als collega’s vragen behulpzaam te zijn of even een taak over te nemen zeggen ze nooit nee. En zijn daardoor graag gezien, worden gewaardeerd en krijgen met grote regelmaat de positieve feedback waar we allemaal immers best naar verlangen.

Uiteindelijk gaat, voordat ze er zelf erg in hebben, de roofbouw beginnen op de eigen energie. En ze gaan vrolijk door met behulpzaam zijn, overnemen, inspringen en ondersteunen. De ervaren waardering blijft immers erg plezierig. Je hebt het positieve gevoel dat je goed presteert en optimaal draait.

Toch, als je heel eerlijk bent knaagt er langzaam maar zeker iets. De irritatie groeit onderhuids ‘dat anderen zelden of nooit rekening met jóu houden’ en ‘nooit uit zichzelf jóu iets uit handen nemen’. Als iemand iets zegt over dat jij je terugtrekt of jij soms zo onverwacht uit je slof schiet (wat ze helemaal niet van je kennen) ….. dan wimpel je het weg. Je gaat door en door en door.

Dan, plotseling, na verloop van soms jaren gebeurt er iets waardoor het evenwicht wordt verstoord. Een familielid overlijdt, er tekent zich een nooit verwachte breuk af in je relatie ….. de direct oorzakelijke veranderingen zijn trouwens vaak veel minder ingrijpend. Als je het water maar allang genoeg tot aan je lippen hebt laten komen ……

…… en pats boem. Je gaat onderuit. Spontane huilbuien, je terneergeslagen voelen, er tegen op zien om naar je werk gaan. Slapeloze nachten.

Op die momenten en vaak nòg later kloppen mensen bij mij aan, vaak daartoe gestimuleerd door anderen zoals bedrijfsarts, HRM of leidinggevende.

Ga eens bij jezelf na of jij nee zegt als je dat eigenlijk wel nodig hebt. Of jij duidelijk kunt zijn over je eigen behoeften.

Het even stil staan bij wat je doet zal je een nieuwe, veel meer ontspannen wereld opleveren. Worstel jij met nee zeggen, met grenzen stellen? Praat erover met anderen die dat al wel goed kunnen. Leer van hen hoe ze dat doen. Juist nu een stoomcursus nodig? Bel 06-29260869, kom langs en ontdek hoe snel jij dat bij jezelf kunt veranderen.

12
mrt

Het begin is het belangrijkste

Het begin is het belangrijkste

Onderzoekers van de universiteit van Stanford bestudeerden hoe je het best nieuwe gewoontes onder de knie krijgt en kwamen met een eenvoudig driestappenplan op de proppen.

Leer jezelf ook hoe jij in drie stappen de verandering aanbrengt die je wenst. Zelf leer ik het cliënten al jaren. En het werkt.

  1. Begin klein

Een nieuwe gewoonte aannemen, kan enkel door gedrag te vereenvoudigen. Maak het daarom klein, tot in het belachelijke zelfs, want de meeste gewoontes in ons leven zijn kort van duur (veters knopen, tanden poetsen, telefoon op een vaste plek leggen na thuiskomst). Lange nieuwe gewoontes werken niet. Vraag dat maar aan iemand die lange tijd geen sport deed en beslist om elke dag een uur te gaan joggen. Een goede kleine gewoonte daarentegen is makkelijk en snel te leren. Voorbeelden: drie minuten wandelen of drie push-ups doen. Ja, je hoort het goed: drie minuten wandelen.

  1. Vind een tijdstip waar deze gewoonte perfect past

Vind een tijdstip in je dagelijkse routine waar deze kleine nieuwe gewoonte goed past. Belangrijk: Doe ze ná een van je vaste gewoontes, bijvoorbeeld na het tandenpoetsen, na je middaglunch, na de koffie. ‘Na’ is beter dan voor, omdat de eerste, al ingesleten activiteit zo de ‘trigger’ voor je nieuwe gedrag vormt. Eén van de sleutels om een nieuwe gewoonte te kweken is eenvoudig: je onderbewuste laten weten ‘na’ wat ze komt.

  1. Oefen je nieuwe cyclus

Focus erop dat je kleine nieuwe gewoonte een deel van je routine wordt – elke dag opnieuw. In het begin zal je geheugensteuntjes nodig hebben, maar dan wordt de kleine gewoonte snel… een gewoonte. Hou de gewoonte eenvoudig tot ze een stevige gewoonte is geworden.

Hoe vaker namelijk, dat je die kleine gewoonte oefent, hoe positiever je gevoel erbij wordt en hoe makkelijker je deze onderhouden zal. Daar ligt de sleutel van het succes. Iedere keer opnieuw geef jij je hersenen na dagelijkse afronding het positieve signaal “gelukt!”.

Het resultaat is dus niet ‘drie minuten wandelen’. Het resultaat is een dagelijks positief gevoel over het opnieuw behalen van voorgenomen resultaat verbonden met wandelen. Een fundament leggen voor verdere ontwikkeling. Je maakt een nieuw neuraal pad in je hersenen.

En hoe dan verder?

Oftewel: Wanneer zet jij die kleine verandering om in een ingrijpender verandering?

Kies nu heel concreet welke volgende stap je zet, die je opnieuw èlke dag herhaald, zodat ook dié verandering een gewoonte kan worden.

  • Het goede nieuws is dat jij die kleine gewoonte snel kan uitbreiden tot een volwaardige ingrijpender gewoonte. Dat die kleine gewoonte snel zal uitbreiden als jij er voor kiest. Opnieuw: kies klein. Een kwartier of tien minuten.
  • Zorg ervoor dat je die uitgebreider gewoonte (tien minuten wandelen) consequent en gedisciplineerd blijft onderhouden.
  • Zonder al te veel moeite zal je dit nieuwe gedrag volledig aannemen. Zoals je hebt geleerd je tanden te poetsen na het opstaan of je handen te wassen voor het eten. In-geprogrammeerd.

Stel je doel, je beoogde resultaat nooit verder dan waar je op dat moment aan werkt. Tien minuten dagelijks enkele weken lang is waar je aan werkt. Wat later volgt doe je later, even bewust en weloverwogen. Blijf in het hier en nu, om die frase nog maar eens langs te laten komen.

Vertrouw op de manier van leren zoals je die van kinds af aan al steeds opnieuw met succes hebt toegepast. Heb vertrouwen in jouw kleine stappen. En wandel, wandel, wandel ……..

5
mrt

De kracht van je onderbewuste 2

Geloof jij dat je dagelijks erg veel doet zonder er bij na te denken? Zonder dat je dat zelf wenst?

Mensen ruiken onbewust aan hun handen nadat ze iemand de hand hebben geschud, zo blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek. Personen die zich aan elkaar hebben voorgesteld door middel van een handdruk, brengen daarna opvallend vaak één van hun handen richting hun neus. Vervolgens snuiven ze de lucht op die van hun hand afkomt. Dat bleek niet alleen uit het feit dat de proefpersonen hun hand vaker onder hun neus hielden, maar ook uit de luchtstroming in hun neus die werd gemeten met sensoren.’

Zelf waren de deelnemers zich niet of nauwelijks bewust van het feit dat ze aan hun handen roken. Dat melden Israëlische onderzoekers in het wetenschappelijk tijdschrift eLife.

Zoals onze spijsvertering en de werking van onze organen worden aangestuurd vanuit onze hersenen, worden vele duizenden van onze sociale gedragingen gestuurd zonder dat wij mensen ons daarvan bewust zijn.

Sta er even bij stil!

Maak jezelf daarvan eens goed bewust. Sta bij dat gegeven zo lang stil, dat je tot je door kunt laten dringen dat jouw onderbewuste onnoemelijk veel voor jou regelt en stuurt.

Heb je dat nu goed tot je door laten dringen? Als ja, stel je nu voor dat op veel van die onbewuste acties zelf actief ingrijpen mogelijk is. Dat je je onbewuste gedrag actief kunt aanpassen, zodat je bewust kiest en bewust handelt zoals jij dat wilt.

Zou niet gek zijn hè? Niet meer automatisch boos worden als … , niet meer automatisch in de stress schieten als …., niet meer automatisch in de weerstand schieten als ….

Actief stop zeggen tegen jouw onderbewuste reacties maken voor jou het gedrag mogelijk dat je wenst te laten zien. Niet langer achteraf hoeven denken: shit, deed ik het weer. Of: Verrek, is het me weer overkomen. Geen spijt meer, geen schuldgevoel meer, geen onnodige ruzie meer.

Nee, omgekeerd: Juist het tevreden en plezierige gevoel dat je volledig zelf aan het stuur staat!

Je onderbewuste leren sturen.

Valt dat te leren?

Ja. Zeker. Binnen mijn één dag durende workshop. Of in een paar gesprekken verspreid over enkele weken. Geïnteresseerd geraakt? Lees ook de vorige blog eens over jouw onderbewuste.

9
dec

Kosten van verzuim ten gevolge van stress

Materiële kosten van ziekteverzuim

Meestal weet u als werkgever wel hoe hoog het ziekteverzuim in de organisatie is. De kans is echter groot dat u niet weet wat dit verzuim kost of wat het verlagen van het verzuim u kan opleveren.

Uit recent onderzoek van arbodienstverlener ArboNed blijkt namelijk dat maar liefst 90% van de werkgevers geen idee heeft van het kostenplaatje van ziekteverzuim. Zo weet slechts 23% van de werkgevers hoeveel een arbeidsongeschikte werknemer uitgekeerd krijgt en 26% wat de duur van de uitkering is. In 2013 was het gemiddelde ziekteverzuim 3,8%. Per branche waren er uitschieters naar boven en beneden.

Wanneer een werknemer één dag verzuimt, kost dat de werkgever circa gemiddeld € 250,-. Dit kan dus behoorlijk oplopen indien de werkgever onvoldoende zorgt voor mogelijk preventieve maatregelen. Uit recent onderzoek (R. Hoedeman) is gebleken dat door tijdig ingrijpen de gemiddelde verzuimduur 17 dagen korter kan. Dus dat scheelt 4.250 euro per werknemer.

Het is een bekend fenomeen dat frequent kort verzuim een duidelijk signaal is voor psychische problemen, die bij niet ingrijpen tot langdurig ziekteverzuim kan leiden. Eén jaar ziek zijn kost de werkgever zo al gauw € 65.000,- of ingeval van veel hoger opgeleide werknemers al gauw € 80.000,- per jaar. Gezien de hoge kosten van ziekteverzuim werkt preventie dus al op korte termijn zeer kostenbesparend.

Om hierop kosten te besparen binnen úw organisatie, is het belangrijk om stressklachten bij werknemers tijdig te signaleren en de werknemer hierover bijtijds in gesprek te laten gaan met leidinggevende, HRM-adviseur of de bedrijfsarts. De bedrijfsarts bekijkt dan of een doorverwijzing nodig is. Preventief inhuren van psychosociale begeleiding kost u gemiddeld 8 x € 100,- en dat is nog geen kwart van de kosten ingeval van bovengenoemde 17 dagen feitelijke uitval.

Immateriële kosten van ziekteverzuim

Stress-verzuim uit zich in de beginfase zoals aangegeven veelal in kortdurend frequent verzuim. Verzuim waar eigenlijk geen vervanger voor wordt aangetrokken (inwerktijd, beroep op collega’s tot inwerken van vervangers, wellicht onnodige kosten) en waarbij dus een beroep wordt gedaan op de flexibiliteit en spankracht van collega’s van de betrokken werknemer. Stress beïnvloedt daarmee bij uitstek ook de hoogte van de zogenaamde immateriële (verzuim)kosten.

Overmatige stress heeft onmiskenbaar gevolgen voor gedrag en communicatie. Bij uitval van het bewegingsapparaat, eveneens een veel voorkomende verzuimoorzaak, is de uitwerking naar collega’s veel minder groot. ‘De omgeving’ van werknemers met overmatige stress heeft met het gedrag ten gevolge van stress echter voortdurend te dealen.

Een frustrerend effect op enthousiasme en betrokkenheid ontstaat wanneer meerdere werknemers tegelijkertijd last van overmatige stress ervaren. Dit kan een neerwaartse spiraal op gang brengen in het functioneren van teams; binnen veel instellingen en bedrijven de ruggengraat van de organisatie.

Uiteindelijk vertaalt dit zich altijd in neerwaartse druk op de opbrengsten of het nu de producten – of de dienstensector betreft. Ook minder omzet of dienstverlening is spijkerhard hoewel in cijfers minder gemakkelijk te vangen: de materiele kosten náást de begrote en geregistreerde pure primaire verzuim -, begeleidings- en vervangingskosten.

Kortom: er valt een substantiële kostenbesparing te realiseren bij gericht anti-stressbeleid.